Zonder jou erbij
is het soms zo leeg,
alsof de plaats naast me
ingenomen wordt door wie jij zou kunnen zijn
Er is daar geen plaats voor iemand anders,
ik jaag ze weg,
zeg "deze plaats is nog bezet",
al blijf jij daar altijd weg
Zoveel nog zie ik jou erbij
-althans, wens ik jou erbij-
en het is moeilijk
om dat los te laten
Zij die eventjes in aanmerking komen
om toch op jouw plaats te gaan zitten,
lijken zo op jou,
dat het me beangstigt :
zie ik hen
of zie ik jou ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten